荷兰语学习课件6.ppt

Dutch Language and Cultures12 oktober 2010 Herhaling: artikels DE of HET??? dokter DE dokter meisje HET meisje vliegtuig HET vliegtuig vrouw DE vrouw koffie DE koffie water HET water ticket HET ticket Identiteitskaart DE identiteitskaart Trein DE trein Herhaling: Stel deze persoon voor Dit is ... Hij/Zij komt uit ... Hij/Zij woont in ... Hij is ... Huiswerk Werkboek pagina 9 oefening 1 Dit is Frank. Dat zijn Anja en Barbara. Dat is Liu. Dit is Tine. Dit zijn Lisa en An. Huiswerk Werkboek pagina 10 oefening 3 Dit is een kopje koffie. Peter drinkt koffie. Els drinkt fruitsap. ... zijn kranten. Peter is een voornaam, maar Sanseverino is een achternaam. Peter is een kind van meneer Maas. Lisa en Jan zijn vrienden van Els en Peter. Dit is een paraplu van Bert. Paolo draagt een bril. Lisa en An zijn vrouwen. Huiswerk Werkboek pagina 10 oefening 4 Dit zijn tickets. Dat is een achternaam. Dat is een identiteitskaart. Dit zijn vrouwen. Dit is thee. Dat is een tas. Dat zijn kranten. Dat is het bier van Bert. Dit is een bus naar Leuven. Herhaling: pronomina SINGULARIS Eerste persoon  IK Tweede persoon  JE / JIJ Derde persoon  HIJ PLURALIS Eerste persoon  WE / WIJ Tweede persoon  JULLIE Derde persoon  ZE / ZIJ Herhaling: pronomina Werkboek pagina 13 oefening 2 Vul het correcte pronomen in. Peter is de vriend van Els. ... werkt in Brussel. Peter is mijn vriend. ... wonen samen. Mijn naam is Els Baart. ... woon in Leuven. Dit is mijn broer. ... is student. Mijn moeder heet Kristien. ... woont in Antwerpen. Jan en Lisa zijn vrienden van Els. ... komen uit Hasselt. Els is assistente filosofie. ... werkt aan de universiteit. Herhaling: pronomina Werkboek pagina 13 oefening 2 Vul het correcte pronomen in. Peter is de vriend van Els. HIJ werkt in Brussel. Peter is mijn vriend. WIJ wonen samen. Mijn naam is Els Baart. IK woon in Leuven. Dit is mijn broer. HIJ is student. Mijn moeder heet Kristien. ZIJ woont in Antwerpen. Jan en Lisa zijn vrienden van Els. ZI